Begrippenlijst 

 

Absolute vochtigheid 

De hoeveelheid vocht die in de lucht aanwezig is. Deze wordt uitgedrukt in gram vocht per kg. droge lucht.

Zie Luchtvochtigheid – Wikipedia

Adiabatische en diabatische koeling

Onder adiabatische en diabatische koeling worden koelprocessen verstaan, waarbij de temperatuur van ventilatielucht wordt verlaagd door het verdampen van water.

Adsorptie- en absorptiekoeling

Adsorptie- en absorptiekoelmachines zijn koudwateraggregaten die functioneren zonder koelcompressor en worden gewoonlijk aangedreven met warmte. Het betreffen meestal grotere koelcapaciteiten. Energetisch zijn ze aantrekkelijk als men beschikt over voldoende restwarmte.
De adsorptie koelmachine werkt met warmte van 60 °C tot 80°C
De absorptie koelmachine werkt met warmte van minimaal 110°C
Er zijn ook direct gestookte absorptie-aggregaten en kleinere typen (kampeerkoelkasten en koelkasten voor hotelkamers).

In de toekomt komen er adsorptiekoelmachines op de markt, die aangedreven worden met zonnewarmte en dienen voor voedselconservering of medicijnkoeling in ontwikkelingslanden (solar cooling).

Zie Absorptiekoeling - Wikipedia

Airconditioning

Zie hier voor luchtbehandeling

Balansventilatie

Een vorm van ventilatie met evenwicht tussen de hoeveelheid toe- en afgevoerde ventilatielucht. Zowel de toevoer als de afzuiging beschikken over een eigen ventilator. De toevoer en afzuiging worden meestal gecombineerd warmterugwinning (WTW). Zowel mengventilatie als verdringingsventilatie kunnen worden gecombineerd met balansventilatie.

Betonkernactivering

Betonkernactivering maakt gebruik van het warmte-accumulerend vermogen van beton. Lees meer »

Bevochtigers

Veel gebruikt zijn:

  • Stoombevochtigers
  • Ultrasone bevochtigers
  • Bevochtigingspakketten
  • Hogedrukbevochtigers
  • De statische dauwpuntkoeler als bevochtiger. Lees meer »

Bevochtigingskoeling (of verdampingskoeling) met water als koudemiddel

Bevochtigings- of verdampingskoeling kan het best worden omschreven als het langs natuurlijke weg gekoeld ventileren. Het betreft een van oudst bekende technieken in een innovatief jasje, die een grote bijdrage kan leveren bij het verder verscherpen van de energieprestatie- coëfficiënt (EPC). Het is een puur natuurlijk proces, namelijk het gebruik maken van de grote verdampingswarmte van water. Lees meer »

Bevriezingsgevaar van waterleidingen.

De watertoevoer moet tijdens een vorstperiode zijn afgesloten en de leidingen moeten zijn afgetapt.
Het gebruik van verwarmingslint geeft een goede bescherming tegen bevriezen.
Over het algemeen kan kunststof wel tegen bevriezen.
Koperen leidingen en armaturen echter niet. Lees meer »

Biomassa

Een biomassaketel kan het beste worden omschreven als een warmte-opwekker welke gestookt wordt met duurzame brandstoffen. Lees meer »

 

Bouwbesluit

In het Bouwbesluit worden eisen gesteld ten aanzien van de energiezuinigheid. Naast de eisen aan de energieprestatiecoëfficiënt (EPC) zijn eisen gesteld met betrekking tot de thermische isolatie en de luchtdoorlatendheid. De EPC-eis is afhankelijk van de gebruiksfunctie. Lees meer »

Circulatievoud

Het circulatievoud betreft het aantal keren per uur dat een ruimte wordt doorspoeld met uit een luchtbehandelinginstallatie afkomstige geconditioneerde lucht. Men spreekt dan over 2-, 3-, 4-, of 5-voudige cirulatie, met een nader opgegeven verse luchtpercentage.

Condensatietemperatuur of druk

Bij conventionele koeling wordt gebruik gemaakt van koudemiddelen. Het condenseren van een gas gebeurt drukafhankelijk bij een zekere condensatietemperatuur. Bij ieder type koudemiddel hoort bij een opgegeven temperatuur, een bepaalde z.g. verzadigingsdruk. Lees meer »

Conventionele koeling

Koelinstallatie werkend met een conventionele compressiekoelmachine (gesloten koudemiddel-kringloop) voorzien van verdamper, koelcompressor, expansieventiel en condensor (ook wel directie expansie- of DX- systeem genoemd). De onttrokken gebouwwarmte wordt via de condensor aan de buitenlucht afgegeven. Naast koudwater-koelmachines (chillers) komen ook DX-splitsystemen voor. Conventionele koelsystemen werken vaak met recirculatie, balansventilatie en al of niet in combinatie met warmteterugwinning.

Door het koelproces wordt de lucht koeler en droger. Dit ontvochtigen (latente warmte) verhoogt het energiegebruik aanzienlijk en kan soms resulteren in een te droge lucht.  Lees meer »

 

COP (Coëfficient Of Performance]

De COP is de verhouding tussen de geleverde koelcapaciteit (kW) en het benodigde opgenomen compressor vermogen (kW). De COP is energetisch gezien een kental voor “wat brengt het op, gedeeld door wat het kost". Lees meer »

Corrosie

Om corrosie (roestvorming) tegen te gaan is het van belang dat bekend is onder welke omstandigheden de apparatuur zal worden gebruikt en waar deze wordt opgesteld.

Zie hiervoor Materialen

Dauwpunt

Als een waterdamp-luchtmengsel bij constante luchtdruk wordt gekoeld, wordt de temperatuur waarbij de damp verzadigd raakt (=100%), de dauwpunttemperatuur genoemd. Het is het punt, waar bij verdere afkoeling, condensatie optreedt.

Zie Nattebolversus dauwpunt - Wikipedia

Dauwpuntkoeling

Zie hiervoor bevochtigingskoeling en Dauwpuntkoeling - Wikipedia

Diagram voor vochtige lucht of Mollierdiagram

De toestandveranderingen van een lucht-waterdampmengsel kunnen met behulp van het Mollierdiagram voor vochtige lucht worden bepaald en weergegeven. Lees meer »

Duurzame energie

Energie van een bron die niet wordt uitgeput door onttrekking zoals zonne-energie (thermische en fotovoltaïsche), wind, waterkracht, hernieuwbare biomassa. lees meer

 

EPC/ EPN

De energieprestatie coëfficiënt (EPC) van een nieuw te realiseren gebouw, kan worden uitgedrukt in de energetische prestatie van een gebouw, berekent volgens de huidige normen NEN 5128 (woningen) en NEN 2916 (Utiliteitsbouw), de zogenaamde EPN-normen. Lees meer »

Geluid
Het geluidsniveau van een ventilator wordt niet alleen bepaald door het type, maar ook door het ontwerp en toerental. Hoe lager het toerental hoe lager de geluidsproductie en hoe hoger de luchtweerstand, hoe meer geluid en opgenomen vermogen. Het geluidniveau wordt niet alleen beïnvloed door het type ventilator, maar ook door de geluidisolatie van de LBK en luchtkanalen, het al of niet toepassen van geluiddemper(s), het ontwerp van de luchtkanalen, de luchtsnelheden, alsmede de geselecteerde inblaas- en retourroosters.
Zie Geluid - Wikipedia

Invertertechnologie

Veel airconditioners en warmtepompen zijn voorzien van een compressor met een vast toerental. Voor het regelen van de capaciteit wordt de koelcompressor dan aan/uit geschakeld. Hoe kleiner de vraag, hoe vaker geschakeld wordt. De invertertechnologie lost dit op door het toerental van de koelcompressor aan te passen aan de benodigde capaciteit. Lees meer »

Klimaatplafond
Bij toepassing van een klimaatplafond bestaat het verlaagde plafbond doorgaans uit panelen of plafondplaten waarmee kan worden verwarmd en gekoeld.  Lees meer » 

en zie ook Plafondkoeling - Wikipedia

Koeltorens

Koeltorens worden gebruikt bij het koelen van koelwater. Dit koelwater wordt gebruikt voor watergekoelde condensors van koelinstallaties, koudwateraggregaten (chillers), of als industrieel proceswater. De werking van een koeltoren is gebaseerd op koeling van water door het verdampen van een deel van dat water in een luchtstroom. De voor dit verdampen benodigde warmte wordt onttrokken aan het water zelf (een adiabatisch proces), waardoor de temperatuur zakt. Lees meer »

Koudedrager

Een koudedrager is een vloeistof met een lage temperatuur, die wordt gebruikt voor het transport van koude. Dat kan water (ca. >+6°C) zijn maar ook een antivriesmengsel voor temperaturen beneden het vriespunt (bijvoorbeeld water met glycol tot zelfs -20°C), dat is afgekoeld in een koudwateraggregaat.

Ook, is het mogelijk, als koudedrager water op te pompen van onder uit het min of meer stilstaande water van een meer met een temperatuur van ca. +4 tot +8°C. Gedurende de winterperiode zal het wateroppervlak van het meer onder invloed van de koude buitenlucht en wind afkoelen. Water met een temperatuur van +4°C heeft de grootste dichtheid en zal van nature naar onder in het meer zakken. Gedurende de zomer kan dit water dan worden benut als koudedrager voor koeling in luchtbehandelingsinstallaties. Een koudedrager mag dus niet worden verward met een verdampend koudemiddel.

Koudemiddelen

  • Synthetische koudemiddelen (HFK's)
  • Natuurlijke koudemiddelen
  • Water als koudemiddel
  • Lucht als koude middel Lees meer »

Koudwateraggregaat of chiller

Een koudwateraggregaat, vaak ook Chiller genoemd, wordt gebruikt voor het koelen van water of een waterantivries mengsel (bijvoorbeeld met glycol). Ook hier geldt hoe lager de uitgaande watertemperatuur hoe hoger het energiegebruik. De koudwateraggregaten kunnen worden geleverd in luchtgekoelde uitvoering (met een luchtgekoelde condensor), als watergekoelde uitvoering meestal samen met een koeltoren, of als hybride uitvoering (de combinatie luchtgekoeld/watergekoeld).

Latente warmte

De latente warmte vertegenwoordigt de verdampingswarmte van waterdamp, of de opslag (accumulatie) van warmte of koude door smelten of stollen van een ijsbuffer of PCM.

De voelbare warmte is de warmte die nodig is, of vrijkomt bij het verwarmen en koelen van lucht en waterdamp

De totale warmtecapaciteit van een lucht-waterdampmengsel is de latente warmte opgeteld bij de voelbare warmte.

Zie ook Latente warmte - Wikipedia

Leefniveau

Bij verdringingsventilatie, kan de koeling worden beperkt tot op leefniveau (2,5 m hoogte).

Lees meer »

Legionella

De bacterie Legionella pneumophila kan alleen bij inademing de veteranenziekte of legionairsziekte (longontsteking) veroorzaken. De bacterie komt in kleine hoeveelheden voor in normaal drinkwater, maar kan explosief groeien bij temperaturen tussen de 25 en 55 °C. De bacterie kan worden verspreid door kleine waterdruppels (aerosolen). Vooral open systemen zoals koeltorens en verdampingscondensors vormen een risico voor een legionellabesmetting. Bij wet is geregeld dat sommige bedrijven en instellingen verplichte periodieke controles moeten laten uitvoeren en een logboek bij moeten houden. Lees meer »

Luchtbehandeling ook wel klimaatbeheersing of airconditioning genoemd

Het betreft een vorm van geconditioneerde ventilatie. Daarbij wordt een gedeelte -tot soms 100%- van de aangezogen lucht ververst, eventueel verwarmd gekoeld, ontvochtigt of bevochtigt.

Zie Airconditioning – Wikipedia

Luchtbehandelingunit/kast, ook wel LBK genoemd. Lees meer »

Luchtfilters

Iedere Luchtbehandelinginstallatie dient te zijn voorzien van luchtfilters. Deze zijn er om te voorkomen dat stofdeeltjes in de te conditioneren ruimte terecht komen, maar ook om het vervuilen van de luchtbehandelinginstallatie en luchtkanalen tegen te gaan. Vervuiling kan leiden tot gezondheidsklachten en tot technische storingen. Lees meer »

Luchtroosters (luchtverdeelarmaturen)

De selectie van het soort roosters hangt af van de toepassing, de temperatuur, de luchtsnelheden en of er sprake is van meng- of verdringingsventilatie. Er zijn vele soorten roosters zoals schoepenroosters, roosterbanden, lijn- of spleetroosters en wervelroosters. In bedrijfsgebouwen, sporthallen en dergelijke worden ook vaak luchtverdeelslangen (of airsocks) toegepast. De roosters kunnen worden geplaatst, in het plafond, een wand, de vloer, in de hoeken van een ruimte of in pilaren. De airsocks hangend aan het plafond, al of niet voorzien van inblaas nozzles. Veel klachten over luchtbehandeling worden veroorzaakt door een onjuiste selectie of plaatsing van zowel de toevoer als de afzuigroosters.

Materialen

Bij de keuze van de te gebruiken materialen, moet rekening worden gehouden met het mogelijk optreden van corrosie onder invloed van de omgeving en vocht. Lees meer»

Mengventilatie

Bij mengventilatie mengt de binnengebrachte lucht zich met de in de te conditioneren aanwezige lucht. Er ontstaat dan een mengsel van verse lucht met de aanwezige lucht en van een mengtemperatuur.

Monumenten en binnenmilieu

Ventileren is van groot belang voor het behoud van een monumentaal pand.

Zie monumenten.nl en ga daar naar “Het binnenmilieu van uw monument ”

Natte- en drogeboltemperatuur

Het vochtgehalte van lucht kan worden bepaald met een nattebolthermometer.

De gemeten waarde noemt men natteboltemperatuur.De temperatuur van de lucht gemeten met een normale thermometer, noemt men de drogeboltemperatuur. Met behulp van de gemeten natte- en drogeboltemperatuur wordt het relatievevochtgehalte (%RV) bepaald. Natteboltemperatuur - Wikipedia

Nattebolkoeling

Zie hiervoor Bevochtingingskoeling

en Nattebol versus Dauwpunt - Wikipedia

Nattebolthermometer

De natteboltemperatuur van vochtige lucht wordt gemeten met een gewone thermometer, waarbij om de voeler een kousje van katoen is aangebracht dat permanent vochtig wordt gehouden met gedestilleerd (of gedemineraliseerd) water. Indien de lucht niet volledig is verzadigd, zal rondom de voeler voortdurend water verdampen. De voor de verdamping benodigde warmte wordt aan de omringende lucht onttrokken, waardoor deze in temperatuur daalt. De afgelezen temperatuur wordt de natteboltemperatuur genoemd.

Zie ook Natteboltemperatuur - Wikipedia

 

Overdruk en onderdruk

Als de afgezogen luchthoeveelheid kleiner is dan de toegevoerde hoeveelheid lucht, is er sprake van overdruk. Is omgekeerd de afgezogen luchthoeveelheid groter dan is sprake van onderdruk. Lees meer »

 

Ontvochtigen

Er bestaan meerdere methoden voor het ontvochtigen van lucht.

Oppervlakteactivering

Door toepassing van oppervlakte activering kan met een lagere vertrekluchttemperatuur worden volstaan. Lees meer

 

PCM (Phase Change Material, ofwel faseovergangsmateriaal)

PCM's zijn materialen waarvan de faseverandering, van vast naar vloeibaar enomgekeerd, wordt gebruikt om warmte op te slaan en af te staan. In pcm's wordt warmte of kou opgeslagen voor gebruik op een later moment. Lees meer »

Relatieve vochtigheid

Zodra lucht bij een gegeven dampdruk geen vocht meer op kan nemen, noemen wij die verzadigd (= 100%). Is de hoeveelheid vocht geringer, dan spreekt men van onverzadigde lucht. De verhouding van de werkelijke hoeveelheid tot de verzadigingshoeveelheid, uitgedrukt in %, noemt men de relatieve vochtigheid (%RV).

Zie Relatieve luchtvochtigheid - Wikipedia

Split of multisplitsystemen

Een splitsysteem-airconditioningunit of -warmtepomp bestaat uit een binnen- en buitendeel. Deze zijn door middel van koeleidingen met elkaar verbonden. Het buitendeel bevat de koelcompressor en de luchtgekoelde condensor (condensingunit). Het binnendeel de koeler (of verdamper). Een splitsysteem is lechts geschikt voor het koelen van één ruimte. Bij de multisplit zijn meerdere koelers aangesloten op één condensingunit. Daardoor kunnen ook meerdere ruimten onafhankelijk van elkaar worden gekoeld. Het gebruik van de multisplit is mogelijk dank zij de ontwikkeling van de invertertechnologie met een traploze capaciteitsregeling.

Topkoeling

Voor de term topkoeling bestaat geen duidelijk definitie. Toch wordt vaak gesproken over topkoeling. Bij topkoeling gaat men er van uit, dat de binnentemperatuur min of meer meestijgt met de buitentemperatuur. Men koelt dan als het ware de top weg. Lees meer »

En zie Topkoeling - Wikipedia

Variabel luchtvolume (VAV= Variable Air Volume)

Bij het gebruik van een variabel volume- of VAV-systeem wordt de ruimtetemperatuur per ruimte geregeld. Er wordt dan een hoeveelheid koellucht ingeblazen, die afhankelijk is van de verlangde ruimte temperatuur. Meer koellucht betekent dan meer koeling en dus een lagere temperatuur. Lees meer »

Ventilatie

Als uitsluitend buitenlucht wordt aangezogen en afgevoerd, daarbij al of niet voorzien van verwarming en warmterugwinning spreken we van ventilatie.

Ventilatievoud
Het ventilatievoud is het aantal keren per uur dat in een ruimte de lucht wordt ververst.

Ventilatievoud = toegevoerde verse luchthoeveelheid (m3/h) gedeeld door de ruimte inhoud (m3).

Indien wordt gesproken over 100% luchtverversing betekent dit, dat uitsluitend verse lucht wordt toegevoerd, maar is het geen maat voor het ventilatievoud.

Opmerking: het ventilatievoud mag niet worden verward met het circulatievoud. Dat wil zeggen het aantal keren per uur dat een ruimte wordt doorspoeld met uit een luchtbehandelinginstallatie afkomstige geconditioneerde lucht.

Men spreekt dan over 2-, 3-, 4-, of 5-voudige circulatie.

Zie Ventilatievoud - Wikipedia

Ventilator
Veel gebruikte typen ventilatoren.

- Axiaal voor hoge volumes met een relatief lage tegendruk. 

- Radiaal kleine inbouwdiepte en relatief geluidsarm.

- Centrifugaal, met een wat hoger drukverschil, hoog rendement, relatief laag geluisdniveau en toerentalregeling via een meerstandentrafo of thyristorregelaar. 

  Zie Thyristor - Wikipedia

- Zowel radiaal- als axiaalverntilator zijn leverbaar als een (overigens direct op 230 volt of 3-fasen netaansluitbaar) regelbare gelijkstroomventiltor met ingebouwde toerenregeling. Vanwege het vooral bij deellast veel lagere energiegebruik neemt het gebruik hiervan sterk toe. Lees meer »

Verdampingskoeling met water als koudemiddel

Zie hier voor bevochtigingskoeling

Verdampingstemperatuur en druk 

Bij conventionele koeling wordt gebruik gemaakt van koudemiddelen. Het verdampen van een vloeistof gebeurt drukafhankelijk bij een zekere verdampingstemperatuur. Bij ieder type koudemiddel hoort bij een opgegeven temperatuur, een bepaalde z.g. verzadigingsdruk. Lees meer »

Verdringingsventilatie

Een steeds vaker toegepaste techniek, waarbij de verse gekoelde lucht op vloerniveau en slecht iets beneden de gewenste ruimte temperatuur wordt toegevoerd. De lucht stijgt daarna naar het plafond, waar de opgewarmde en vervuilde lucht wordt afgezogen.

Zie Rehva handleiding nr 1 Verdringingsventilatie in niet-industrieéle toepassingen; ATIC-ISSO-TVVL publicatie 900; ISBN 90-5044-110-6. Lees meer »

Verwarming

Hoewel verwarming een wezenlijk onderdeel vormt van het klimatiseren, beperken wij ons hier tot het noemen van een aantal soorten verwarming, zonder daarbij in te gaan op de technische aspecten van het betreffende systeem. Omdat het gebruik van biomassa een innovatieve vorm van verwarming betreft, wordt daaraan elders op de ze website wel aandacht besteed.

Voelbare + Latente warmte = totale warmte

De warmte-inhoud van een lucht-waterdampmengsel is opgebouwd uit latente en voelbare warmte. De voelbare warmte is de warmte die nodig is, of vrijkomt bij het verwarmen en koelen van lucht en waterdamp. De latente warmte vertegenwoordigt de verdampingswarmte van waterdamp of bij de opslag van warmte of koude zoals bij het gebruik van een ijsbuffer of PCM’s. De totale warmtecapaciteit bestaat uit de voelbare warmte opgeteld bij de latente warmte. 

Vrije koeling (of de Engelse term: free cooling)

Vrije koeling is het gebruik maken van het koelend vermogen van aangezogen buitenlucht. Vrije koeling kan worden benut, zolang deze een lagere aanzuigtemperatuur heeft dan de verlangde ruimtetemperatuur.

Warmtepomp

In de praktijk wordt zowel gesproken over warmtepompen als over koelinstallaties. Bij de warmtepomp denken we dan aan verwarming en bij de koelinstallatie aan koelen. Een koelinstallatie is een toestel dat warmte (energie) verplaatst (verpompt) van de ene plaats (de koeler) naar een andere (de condensor). Voor dat verpompen is energie nodig. Bij een dergelijk proces komt ook warmte (energie) vrij.

De werking van de warmtepomp is gebaseerd op die van een koelinstallatie, bestaande uit een verdamper, compressor en condensor. Bij een warmtepomp kan de warmte worden onttrokken aan lucht, bodem of water, die op haar beurt wordt gebruikt voor het verwarmen van een luchtstroom of water. Hiermee kan een ruimte of gebouw worden verwarmd. Er zijn airconditioners in warmtepompuitvoering, die in de zomer kunnen worden gebruikt om een ruimte te koelen en in de winter te verwarmen, maar ook warmtepompen die uitsluitend worden gebruik t voor het verwarmen.

Samengevat: een warmtepomp is niet meer of minder dan een omgekeerd werkende koelinstallatie. Lees meer »

Zie Warmtepomp - Wikipedia

WKO of Warmte/- Koude- Opslag

WKO betreft een duurzame techniek waarmee warmte en koude (energie) in de bodem kan worden opgeslagen en weer kan worden onttrokken. De voor het koelen opgepompte bronwater is daarbij ca. 11 tot 13°C. Voor het verwarmen zijn er systemen die zijn gebaseerd op het onttrekken van aard warmte (geotherme energie) van uit diepere aardlagen. Lees meer »

 

WKK of warmtekrachtkoppeling

Bij warmtekrachtkoppeling wordt plaatselijk elektriciteit opgewekt. De daarbij vrijkomende restwarmte wordt gebruikt voor verwarming en/of voor koeling met behulp van op adsorptie en absorptie gebaseerde koudwateraggregaten.

Zie Warmte-krachtkoppeling - Wikipedia

Zie Absorptiekoeling - Wikipedia  

WTW of Warmteterugwinning

Warmteterugwinning gedurende het stookseizoen uit de af te voeren ventilatielucht geeft energiebesparing en is daarmee een must. De naar buiten afgevoerde ventilatielucht verwarmt de aangezogen buitenlucht met behulp van een warmtewisselaar. Warmteterugwinning vindt plaats in de winter, lente en de herfst, in de zomer is dit verwaarloosbaar klein. Lees meer »

Waterhardheid

De waterhardheid wordt uitgedrukt in Duitse hardheid (dH). Het is een maat voor de hoeveelheid calcium- en magnesiumionen in water. Kalksteenvorming treed op van af ca. 3 dH. Bij bevochtigingskoeling, koeltorens, verdampingscondensors en bevochtigingsapparatuur, is het gebruik van een ontharder een must vanaf > 5 à 6 dH.

Zie Waterhardheid - Wikipedia

Zone-indeling

In een gebouw is de benodigde hoeveelheid koeling of verwarming sterk afhankelijk van de ligging en het gebruik van het betreffende vertrek. Het kan daarbij voorkomen dat in een vertrek gelegen aan de zuid gevel moet worden gekoeld, terwijl tegelijkertijd op de noord gevel moet worden verwarmd. Ook de ruimten op de bovenste verdieping onder een (plat)dak en beneden in de centrale hal met de receptie hebben dan ieder een totaal andere koel- of warmtevraag dan elders. Om hier aan tegemoet te komen, dient een gebouw te worden ingedeeld in zones. Zonder een dergelijke zone-indeling ontstaan zeer veel klachten.